Afbeelding
De Laatste Ooggetuigen, fototentoonstelling, Frank Ruiter, Museum Sophiahof, Den Haag

Fototentoonstelling 'De laatste ooggetuigen'

t/m
Soort tentoonstelling
Huidig

Museum Sophiahof toont dit voorjaar indringende portretten van ‘de laatste ooggetuigen’ uit voormalig Nederlands-Indië, in de tuin van het museum. Fotograaf Frank Ruiter legde de portretten vast van mensen die nog weten hoe het land rook en voelde. Maar die ook de Japanse bezetting en de Bersiap ondergingen. En de koele ontvangst in Nederland. Journalist en schrijver Frank Vermeulen tekende hun getuigenissen op, die nu gebundeld zijn in de publicatie Over Indië. Herinneringen aan Indonesië in de koloniale tijd

De portretten van Frank Ruiter

Frank Ruiter behoort tot de voorhoede van de Nederlandse portretfotografen. Vele beroemdheden uit binnen- en buitenland had hij al voor zijn lens, waaronder Madeleine Albright, Peter Lindbergh, Erwin Olaf en Prinses Amalia. Zijn stijl is te kenmerken door de neutrale achtergronden en portretten die weliswaar esthetisch zijn, maar ook realistisch, met gebruik van natuurlijk licht. Zijn manier van werken is langzaam, de portretten ontstaan tijdens gesprekken met als doel om het verhaal dat iemand met zich meedraagt, in het portret te kunnen weergeven. Die gesprekken hebben zeker een belangrijke rol gespeeld bij het vastleggen van de ‘laatste ooggetuigen.’ Deze tentoonstelling is de eerste solotentoonstelling van Frank Ruiter. 

Het boek: Over Indië

Voor NRC Handelsblad begon Frank Vermeulen in juli 2020 met het spreken van mensen die in de kolonie waren geboren en getogen. In augustus dat jaar was het 75 jaar geleden dat de republiek Indonesië werd geproclameerd. Vanaf augustus 2020 verscheen iedere maand een interview in de krant. Voor het boek Over Indië verwerkte Vermeulen de typoscripten van de interviews opnieuw, ditmaal tot de volledige verhalen, waarvoor de ruimte in de krant eerder te beperkt was. De tentoonstelling bestaat uit 29 portretten, waaronder een dubbelportret. In alle gevallen gaat het om jeugdherinneringen: dat wil zeggen de wereld die beschreven wordt, is die van kinderen en jongvolwassenen. Naarmate het boek vordert (het is gerangschikt op volgorde van de eerst- tot laatstgeborene) worden de sprekers jonger, is de wereld waar zij over spreken kleiner, maar niet minder indringend of aangrijpend.

Op 9 maart 1942 hield de Nederlands-Indische samenleving op te bestaan. Toen capituleerde het gouvernement van de kolonie voor de Japanners; Japan had de kolonie binnen twee maanden overmeesterd. Vrouwen en kinderen van de koloniale bovenlaag verdwenen in Japanse concentratiekampen, de meeste mannen in krijgsgevangenkampen. De consequenties drongen traag door in veel Nederlandse hoofden. Zo traag zelfs dat de Nederlandse regering in 1946 nog een bloedige oorlog zou beginnen (vroeger ‘Politionele Acties’ genoemd) om de verloren kolonie weer in bezit te krijgen. Maar de fata morgana van de Europese superioriteit, waarop de koloniale onderschikking was gebaseerd geweest, was voorgoed verdampt. Over deze ingrijpende en gewelddadige periode uit de Nederlandse geschiedenis gaat het boek Over Indië, met als doel bij te dragen aan het ‘niet vergeten’.

De publicatie is verkrijgbaar via Walburg Pers.